Nieuwe wetgeving: op 19 november 2024 heeft de Eerste Kamer de Wet preferente status kinderalimentatieschuld aangenomen. Wat betekent deze verandering?
Hoe is het nu nog?
Als er meerdere schuldeisers zijn, dan dient de opbrengst gelijkelijk te worden verdeeld. Momenteel is aan de schuld uit hoofde van kinderalimentatie geen voorrang toegekend. Het gevolg daarvan is dat hoe groter de schuldenlast, hoe minder er overblijft voor de betaling van (achterstallige) kinderalimentatie.
Omdat het in het belang is van de kinderen dat er voldoende financiële middelen zijn voor de kosten van levensonderhoud, heeft de wetgever de wet herzien.
Hoe ziet de nieuwe wetgeving eruit?
Aan de vordering ter zake van verschuldigde kinderalimentatie wordt preferentie toegekend. De inning van kinderalimentatie gaat dus voor op consumptieve schulden. De bevoorrechting komt in rang direct na de bevoorrechte vorderingen die worden genoemd in artikel 288, onder a tot en met e, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek (BW). De bevoorrechte vorderingen zijn vooralsnog beperkt tot:
- De kosten van aanvraag tot faillietverklaring (sub a);
- De kosten van lijkbezorging (sub b);
- Vorderingen uit hoofde van pensioen (mits de vordering niet ouders is dan één jaar) (sub c);
- Toekomstige pensioentermijnen (sub d);
- Vorderingen van de werknemer voor het tijdvak van het voorafgaande kalenderjaar en de lopende termijnen inclusief beëindigingsvergoeding (sub e).
Het artikel zal dus worden aangevuld met een onderdeel f.
Volgens de Kamerstukken zal deze wetgeving tot gevolg hebben dat er meer financiële middelen beschikbaar komen voor de verzorging en opvoeding van de kinderen.
Vragen?
Heeft u vragen over deze nieuwe wetgeving, althans over het familierecht of contractenrecht? Aarzel dan niet om ons te contacten.